Helwinnaar Obbe Tibben: ‘Ik ga voor een olympische lichte dubbel’

Achtergrond Wedstrijden

Net als vorig jaar bleek lichtgewicht Obbe Tibben de beste skiffeur na zes kilometer hard roeien. Niet alleen won hij met enorme overmacht zijn categorie, ook was hij bijna 10 seconden sneller dan de winnaar in het zware veld. En pakte hij met een ruime marge het zware baanrecord op het Groningse Eemskanaal.

Meedoen aan de NLroeicrowdfunding? Doneer hier. Bedankt!

“Ik heb lekker geroeid. Het was natuurlijk leuker geweest als de nationale equipe ook had meegedaan, dan had ik mezelf tegen hen kunnen afzetten. Maar zo is het ook goed. De marge met Luuk Adema was niet enorm en dat is natuurlijk ook een erg goeie roeier. Daarnaast zegt een baanrecord in het zware veld ook wel wat”, sprak de Helwinnaar na afloop. Hij had naar eigen zeggen een goede trainingsperiode achter de rug en mikt nu op een verbetering van zijn nationale record bij de Nederlandse kampioenschappen Indoorroeien. “Hoe hard dat zal gaan, weet ik nog niet. De komende twee weken moeten uitwijzen hoe ik er op de ergometer voor sta.”

Tokyo
Tibben had in de ochtend nog moeite moeten doen om het gewenste wintergewicht te halen. De roeier van Skøll wilde per se in het lichte veld uitkomen. “Ik ben gewoon een lichte roeier, dus dan wil ik dat ook laten zien.” Hij had nog een andere goede reden. “Ik wil graag kijken of ik niet alsnog een lichte dubbeltwee kan maken voor Tokyo. Dat is waarschijnlijk de laatste keer dat je als lichtgewicht de Olympische Spelen kan halen, dus daar wil ik vol voor gaan.”

Uitnodiging
De voormalige roeier van ‘t Diep uit Steenwijk doet dat op eigen initiatief. “Ik heb met mijn coach Paul Hartog drie roeiers uitgenodigd om na de NK Indoorroeien te gaan kijken of er een goede optie tussen zit.” Tibben koos voor routiniers Ward van Zeijl en Bart Lukkes en de in korte tijd goed ontwikkelende clubgenoot David Kampman. Deze roeiers eindigden kort op elkaar als respectievelijk tweede, vijfde en derde op ruime afstand van Tibben. Damion Eigenberg, die als vierde finishte, kreeg geen uitnodiging.

Duurvermogen
Ook de winnares bij de vrouwen, Inge Janssen, keek terug op een geslaagde race. De roeister van Orca nam afgelopen seizoen vrijaf en keerde in Groningen als herboren terug. Het gat met de nummer twee, Carline Bouw, bedroeg maar liefst 27 seconden. “Ik heb de afgelopen maanden goed aan mijn duurvermogen gewerkt en dat betaalt zich uit”, zei ze opgetogen.

Baanrecord
Toch was ze zelf ook verrast over haar snelheid. Zo verbrak ze het baanrecord van Ekatarina Karsten uit 2005 met 25 seconden. “Er was wat chaos bij de start waardoor ik uit frustratie voor mijn gevoel iets te hard begon. Dat zag ik ook op mijn snelheidsmeter. Maar na een kilometer bedacht ik me dat het misschien wel mogelijk was dat vol te houden. Ik wist wat het baanrecord ongeveer was en wat ik daarvoor moest doen. Halverwege besloot ik daarvoor te gaan en dat lukte. Ik kon zelfs nog wat versnellen”, aldus Janssen.

Relativering
De zilveren medaillewinnares van Rio de Janeiro uit de dubbelvier relativeerde tegelijkertijd haar klinkende zege. “Ik ben natuurlijk wat eerder begonnen met trainen dan de rest en een aantal roeisters uit de equipe die dit ook goed kunnen, zoals Karolien Florijn of Lisa Scheenaard, ontbraken nu. Dat vertekent de uitslag wellicht een beetje.”

Beeres
Bij de tweezonders zegevierde het zilveren EK-duo van Elsbeth Beeres en Laila Youssifou. Zij leidden de dans van de enorme hoeveelheid aan bondsboten. Tot ruim voorbij de 4 kilometer lag het ‘meetrainduo’ van Tinka Offereins en Miriam Visser echter nog aan de leiding. “We weten van onszelf dat we goed zijn in sprinten, net als dat we prima zo’n wedstrijd kunnen varen als we nog niet helemaal fit zijn. Tempo draaien bijvoorbeeld gaat bij ons altijd makkelijk”, zei Beeres.