Meer interviews? Doneer hier aan NLroei!
Ooit was hij naar eigen zeggen een niet onverdienstelijke vechtsporter. Judo en jiujitsu bedreef hij, maar een blessure hield hem aan de kant. “Precies op dat moment kwam een mede-student met het idee om een roei-introductie te gaan doen. Dat leek me wel wat, want ik kon toen toch een tijdje niet met mijn eigen sport aan de slag”, zegt Meenhorst. De uitkomst ervan is bekend. Hij werd door het roeien gegrepen en belandde in de lichte eerstejaarsacht van Okeanos. En – wat een toeval – een belangrijke oud-coach van Mark Emke, namelijk Hans Peter Verhoef, was één van zijn coaches.
Bedrijfsleven
Meenhorst roeide bovenmodaal, maar van een internationale doorbraak kwam het niet. Rond de eeuwwisseling hing hij de riemen in de daarvoor bestemde wilgen en zette vervolgens 100 procent in op een nieuwe arena: het bedrijfsleven. Na 10 jaar hard werken verkocht hij zijn bedrijven en ging wat anders doen.
Braas
“Een oude bekende vertelde dat hij aan het coachen was en vroeg of ik een keertje mee wilde fietsen. Dat deed ik en ik werd er door gegrepen. Het smaakte naar meer. Ik ben toen middengroepen gaan coachen en was ook bezig met de Okeanosacht voor de Amstelbeker. Zodoende kwam Roel Braas aan boord. Mijn manier van begeleiden beviel hem kennelijk. Want hij vroeg of ik zijn coach wilde worden. Daarop heb ik ‘ja’ gezegd”, aldus Meenhorst.
Alberda
Braas was indertijd skiffeur en Meenhorst kreeg een jaar later (in 2014) ook een aantal andere scullers onder zijn hoede. Dat ging met wisselend succes. Ondertussen was hij door niemand minder dan Joop Alberda gevraagd tot de bondscoachstaf toe te treden. Bij de Olympische Spelen van Rio coachte Meenhorst Braas en Mitchel Steenman in de tweezonder.
Voltreffer
Nadat deze formatie werd opgedoekt, stortte Meenhorst zich in 2017 weer op het scullen. Het was gelijk een voltreffer. Zijn dubbelvier met Freek Robbers op slag won zilver bij een wereldbeker en nam in de WK-finale bijzonder gedurfd de leiding. Dat was net iets te hoog gegrepen, na 1500 meter werd oranje door drie ploegen ingehaald, maar een vierde plaats was een beloftevol debuut.
Predicaat
Robbers werd afgestaan aan de boordroeiers, Dirk Uittenbogaard stapte daaruit over en Abe Wiersma nam de slagpositie in. De ploeg gaat minstens net zo goed, zo niet beter. Een vijfde plaats bij de WK was het resultaat, op twee en een halve seconde van goud. Het leverde het van NOC*NSF overgewaaide predicaat prioriteitsboot op.
Handiger
In twee jaar tijd is het gelukt om de scullende mannen weer op de wereldkaart te zetten. “Nederland heeft op het moment een aantal uitstekende ex-junioren die goed kunnen skiffen en zij koppelen dat aan een groot vermogen. Daarnaast is er de bereidheid om elkaar beter te maken, want ze weten ook dat je alleen niet zo ver komt. Ik denk dat we de juiste groepsdynamiek hebben, er is een heldere lijn in wat we doen, en hoe we dat doen met elkaar. Dat werpt vrucht af. Een tastbaar voorbeeld is Koen Metsemakers. Hij heeft als student pas leren roeien, maar is in de loop der tijd een stuk handiger geworden. Dat is cruciaal voor de groep.”
Dynamiek
Meenhorst ziet dat de belangen groter worden. . “De Olympische Spelen komen steeds dichter bij. De dynamiek binnen de groep moet hetzelfde blijven. En ja, het is logisch dat er bijvoorbeeld naar Tone Wieten wordt gelonkt vanuit de boordroeigroep. Het zou ook gek zijn als dat niet zou gebeuren. Ik wil wel benadrukken dat we samen met de boordroeiers uiteindelijk één groep vormen. We hebben er allemaal belang bij de snelste ploegen te formeren. En iedere atleet wil daar natuurlijk in.”
