Rutger Arisz: “Inhoudelijk ging alles goed”

Achtergrond Terugblik

Gisteren maakte de bond bekend dat ‘huisgenoten’ per direct in ploegverband mogen roeien mits de gemeente daarvoor toestemming zal verlenen. Tegelijkertijd kwam het nieuws dat de toppers per 1 juni weer legaal in vieren en in de acht kunnen. Dit keer zou volgens een bondswoordvoerster een en ander wel vooraf zijn gecheckt door NOCNSF. En zelfs bij het ministerie van VWS. Twee weken geleden torpedeerde de sportkoepel een bondsprotocol voor meerpersoonsboten op verenigingsniveau. NLroei blikte met de bondsvoorzitter en de bondsarts daarop terug.
[su_quote]Versterk NLroei. Doe mee aan onze crowdfunding! Klik hier. Alvast bedankt! [/su_quote]
Bondspreses Rutger Arisz had eerder zijn zegen gegeven aan het roeien in ploegverband. De bond nam het op in een ‘richtinggevend protocol’. Het bleek echter naar een doodlopende weg te leiden. Want NOCNSF haalde het advies van Arisz cs onderuit. Ondertussen had het tot gezanik bij clubs geleid. Bijvoorbeeld bij roeiers die bij hun clubbestuurders jengelden om roeien in tweetjes en vieren. Terwijl bij verenigingen op dat moment met man en macht werd gewerkt om het skiffen voor elkaar te krijgen.

Pover
Een povere poging. Dat was samengevat het ongenoegen opgeschreven in dit artikel over het protocol van de bond. De preses pareert. “De geuite kritiek, zoals in het stukje weergegeven, herken ik niet”, liet de bondsvoorzitter na een paar dagen via e-mail weten.

Zaligverklaring
Hij ging ook in op vraag van NLroei wat er goed ging en beter had gekund. “Inhoudelijk ging alles goed; veel verenigingen hadden behoefte aan onze richting en artsen hebben de veiligheid van onze maatregelen bevestigd. Wat beter kon was dat geen van de betrokken partijen precies wist hoe de verdeling van verantwoordelijkheid lag. Pas aan het eind op dinsdag werd duidelijk dat ongeacht gemeentelijke goedkeuring, de handhavende instantie altijd kan sanctioneren vanwege de zaligverklaring van de 1,5m norm. Het is dus bijvoorbeeld veel sterker dat in Groningen bijvoorbeeld een handhavingsbesluit is genomen dan dat in Zaandam en andere gemeenten protocollen zijn goedgekeurd”, aldus Arisz.

Toppers
Bondsarts Floor Kappelhoff gaf via de telefoon openheid van zaken. “De toppers mochten van de overheid als eerste weer gaan trainen, mits op 1,50 meter afstand. Over skiffen is er geen discussie. Roeien in tweeën heb ik nader bekeken. Dat is voor sommige equipeleden een cruciaal boottype. De roeiers zitten daarin dichter op elkaar dan is toegestaan. Maar ik acht het niet onverantwoord. Er wordt uiteraard geroeid in de buitenlucht, dat scheelt wat de ventilatie betreft. En om risico’s te beperken is het gewenst dat er in vaste ploegen wordt geroeid, liefst steeds in dezelfde opstelling”, aldus de bondsarts die eraan toevoegde dat de bondsequipe vanaf eind februari strak wordt gemonitord op ziekteverschijnselen en dat de toppers min of meer in quarantaine leven.

Hendriks
De visie van de bondsarts werd verwoord in een concept van het topsportprotocol, dat is voorgelegd aan het RIVM en het Erasmus medisch centrum. Maurits Hendriks, de sporttechnische baas van NOCNSF – verleende hoogstpersoonlijk zijn toestemming om te roeien in tweetjes. Hij mailde dit richting de roeibond erover: “Twee zonder en dubbeltwee: alleen akkoord met afstanden bij vaste duo’s. Dubbelvier, vier zonder, vier met en achten: is nu niet verder beoordeeld. Dit kan pas na volgende verruiming, dan opnieuw aangeven, 4 is 1 te veel in de huidige situatie.”

Advies
Bij de verruiming van de sportmogelijkheden voor toppers ging het in alle sportdisciplines bij elkaar om minder dan 1000 mensen in totaal. Maar bij het clubroeien in ploegverband zou het op meer dan 10.000 mensen kunnen gaan. Dan is het risico op verspreiding van het virus ook vele malen groter, beaamt Kappelhoff. “Maar op ploegniveau geldt dat wat voor toppers opgaat, ook voor verenigingsroeiers. Er is een risico, maar mijns inziens is het niet onverantwoord, mits er aanvullende maatregelen worden genomen. De ruis die erop de lijn is ontstaan, heeft ermee te maken dat het niet de bondsarts is die de protocollen van vereniging goedkeurt, maar dat doet de overheid. Ik sta er nog steeds achter wat ik erover heb gezegd, maar het is niet meer, maar ook niet minder dan een advies.”