Het was even zoeken naar de agenda en de bijbehorende stukken van ‘het feest der (roei)democratie’: de algemene (leden)vergadering van de KNRB op zaterdag 23 maart.
Het jaarverslag 2018, inclusief de al goedgekeurde begroting van dit jaar, lijkt het meest gewichtige agendapunt. Vorig jaar stroomde er ruim 4 miljoen euro binnen, nagenoeg dezelfde som vloeide er ook weer uit. Meer dan de helft ervan, 2.685.000 euro, werd geïnvesteerd in topsport. In de aanloop naar Tokyo leverde dat aan het einde van het seizoen twee WK-medailles op in olympische bootklassen en één (gouden) in een paralympisch nummer.
+14%
Dit jaar wordt er door de roeibond aanmerkelijk meer in de top geïnvesteerd, de topsportpot groeit ten opzichte van de realisatie in 2018 met 14 procent. Er wordt vooral (nog) meer geld uitgetrokken voor trainingskampen en zo zijn de WK’s tot 23 jaar (Sarasota, USA) en voor junioren (Tokyo, Japan) vanwege hoge transportkosten prijziger.
Gezond
De wereldbeker te Rotterdam gaat de bond circa 1 miljoen euro kosten, maar dat bedrag staat ook als inkomstenpost begroot zodat dit toernooi budgetneutraal kan worden afgewerkt. De bond lijkt financieel gezond. De bondsreserve groeide in het afgelopen jaar van 1,620 miljoen naar 1,762 miljoen euro.
Ondertenue
Een ander agendapunt is ogenschijnlijk minder belangrijk, maar het kan de roeier rechtstreeks in de portemonnee gaan raken. De regels ten aanzien van kleding zijn namelijk herzien. Dit naar mede naar aanleiding van een regen aan berispingen bij de Novembervieren en een NLroeicolumn daarover. Het komt erop neer dat voortaan bijvoorbeeld geruite broeken als ondertenue mogen worden gedragen, mits de korte wedstrijdpantalon of een zogeheten pakje daar overheen wordt aangetrokken.
Boete
Het is gelet op mogelijke sancties aan te raden binnen een ploeg onder andere dezelfde wasmiddelen te gaan gebruiken want de kledingkleur/verkleuring dient gelijk te zijn. Sokken mogen in het vervolg hoog worden opgetrokken, maar daarin is individuele vrijheid. Niet iedereen binnen een ploeg hoeft sokken op te trekken. Echter, de sokkenoptrekkers aan boord dienen dit op uniforme hoogte te doen, zo lijkt het. Lichte overtredingen kunnen worden berispt, zwaardere worden beboet.