Over een paar weken bestaat roeivereniging De Hunze 135 jaar. Want op 19 februari 1886 werd de club in de stad Groningen opgericht. Heden ten dage staat De Hunze nog altijd als een huis. Zo beschikt men over getalenteerde junioren en actieve veteranen, Maar er zitten ook leden al tijden in zelf-isolatie vanwege corona. Voorzitter Ron Diercks geeft in zijn nieuwjaarswens aan dat hem dit bijzonder aan het hart gaat. Tevens roemt hij de flexibiliteit van de Hunzeleden in een jaar waarin ‘de vereniging niet kon zijn wat we willen zijn’.
Niettemin was het tijd om boten te dopen. Dankzij een briljante boekhouding kon men becijferen dat de Groningers 249 boten in het bezit hebben gehad. Twee skiffs (extra nuttig tijdens de pandemie) werden vorige week gedoopt: de 250 en de 1886. Plakcijfers zijn nu eenmaal wat praktischer (en voordeliger) dan plakletters.
Dubbel
Mogelijk gaan in deze boten straks de opvolgers van de (latere) Hunze-internationals zoals Luuk Adema, Paul Drewes, Annemieke de Haan, Marjan Pentenga, Melvin Twellaar en Meike de Vlas roeien. Als het om dé sterrenploeg van de trotse Groningers zou gaan, was een dubbeltwee meer gepast. In dat boottype werden in 1984 de gezusters Greet en Nicolette Hellemans onder leiding van coach Harry Meijer vice-olympisch kampioen bij de spelen van Los Angeles: 100 procent de Hunze. Dat was niet verkeerd.