We bewegen tegenwoordig steeds meer. We sporten vaker, letten meer op onze voeding, en zelfs kantoren en werkruimtes worden aangepast om te voorkomen dat we teveel stilzitten. Maar tegelijkertijd wordt ons lichaam aan de kant geschoven. Hedendaagse technologieën zijn erop gericht om ons brein na te maken, waardoor het lichaam haast overbodig wordt. Ook in de neurowetenschap en filosofie is men het erover eens: het brein is dominant, en ons lichaam is secundair aan ons. Filosoof Aldo Houterman is het daar niet mee eens. Hij schreef er een boek over: Wij zijn ons lichaam.
‘‘Kou voel je aan je handen. Niet via je brein. Pijn voel je op je lichaam, niet in je hoofd. Neuronen zitten niet alleen in je hersenen, maar door je hele lijf. We voelen en bewegen met onze huid, onze spieren, ons skelet,’’ legt Houterman uit. ‘‘Niet alleen het brein beslist wat ons lichaam doet. Ik probeer dat bewegende, voelende lichaam voorop te stellen.’’
Swaab
Daarmee weerlegt hij de stelling van neurobioloog Dick Swaab.
‘‘Volgens Swaab wordt alles wat wij doen en laten door ons brein aangestuurd,’’
legt Houterman uit. ‘‘Natuurlijk zijn onze hersenen superbelangrijk, maar ik ga
ervan uit dat het brein in ons lichaam is ingebed. Ze zijn vervlochten met
elkaar, je kunt het brein niet isoleren.’’
Sport
Swaab laat in zijn boek Wij zijn ons brein weten dat hij
niks van sport moet hebben. ‘‘Volgens hem zorgt dat alleen voor gebroken benen
en is het slecht voor de zorg. We hoeven niet te sporten, want wij zijn toch
ons brein. Dat is de boodschap die in zijn boek naar voren komt,’’ vertelt
Houterman daarover.
Systeem
Houterman probeert juist aan de hand van sporters uit te leggen hoe essentieel het lichaam is. Zelf is hij een fanatieke wielrenner, en komt hij regelmatig roeiers tegen wanneer hij zijn rondjes langs de Amstel maakt. ‘‘Als roeier moet je rekening houden met je mederoeiers, met de boot, en het water. Het is een heel systeem wat de sport maakt. Het is niet alleen het brein die beslist wat het lichaam doet. Soms is dat het weer, soms is dat een andere roeier.’’
Meebewegen
‘‘Elke haal die je maakt moet opnieuw aangestuurd worden. Maar op een gegeven moment heb je die slag te pakken. Dan gaat het erom dat je meebeweegt met het ritme. Die ritmes en patronen zouden beter begrepen moeten worden,’’ zegt de filosoof. Datzelfde geldt voor omstandigheden, zoals bijvoorbeeld het weer. ‘‘Als het koud is reageert je lichaam daar op. Een roeiwedstrijd in de winter is heel anders dan in de zomer. We zouden meer moeten proberen te begrijpen van hoe het lichaam meegaat in bepaalde situaties, in plaats van dat zelf willen controleren met ons brein.’’
Klik hier om het boek ‘Wij zijn ons lichaam’ te bestellen.