Diederik de Boorder: ‘ik wil geen plan door de strot duwen’

Interview

Op de valreep van vorig jaar maakte de roeibond bekend dat er een nieuwe hoofdcoach wordt aangesteld voor de ontwikkeling van de Nederlandse roeitalenten: Diederik de Boorder. Hij wordt verantwoordelijk voor alle groepen die er zijn te onderscheiden. Junioren, senior-B-ers en roeiers én roeisters die boven de 22 jaar zijn maar nog een stap te zetten hebben om in het olympisch team te komen. “Dit betekent ook dat we per definitie met de verenigingen gaan samenwerken”, trapt De Boorder af.

Deze januarimaand legt hij zijn oor te luister bij de mensen van de verenigingen en gaat daarmee in gesprek. “De informatie en de inspiratie die ik daarbij opdoe, ga ik gebruiken om het jaarplan voor de het talentteamNL, U19 en U23 op te stellen. Uiteraard zal ik het niet iedereen naar de zin kunnen maken en zullen er knopen door moeten worden gehakt. Dat is ook mijn verantwoordelijkheid, maar ik wil niemand een plan door de strot duwen. Het moet uiteindelijk het juiste programma worden waarmee een omgeving wordt gecreëerd van enthousiasme, lol, goed trainen, groeien en leren.”

NLroei lees je ‘gratis’, want geen betaalmuur. Steun jij de crowdfunding? Dat kan hier, bedankt!

De Boorder weet hoe lang de weg naar de absolute top is. “Een roeier of roeister is daar een jaar of 12 mee bezig. Dat kan resulteren in een olympische medaille die aan een haakje op toilet komt te hangen, of in een kluis terecht komt. De reis er naartoe is mijns inziens vele malen belangrijker en waardevoller. Van die ervaringen die je daarbij opdoet heb je als mens levenslang plezier, dag in, dag uit. Het gaat dus niet alleen om zo hard mogelijk roeien.”

Centrale regie
Als iets hem typeert is het zijn enthousiasme. “Eelco Meenhorst heeft mij gevraagd deze job te gaan doen. Dat wat hij als hoofdcoach bij de olympische groep heeft gedaan, wil hij ook graag zien toegepast bij de talenten. De aanpak zal anders zijn, maar het is cruciaal dat er een allesomvattende benadering komt”, legt De Boorder uit. Eerder schreef hij een boek – Fluisterend goud – dat gaat over zijn mondiale (roei)avonturen.  

Was de loopbaan van een jonge roeier of roeister met capaciteiten min of meer opgeknipt in leeftijdsfases, De Boorder wil toewerken naar een centrale regie van het carrièrepad. “Op hoofdlijnen kun je vier groepen onderscheiden. De betere junioren worden vaak klaargestoomd voor toernooien zoals de WK en de Coupe de la Jeunesse, ‘onder 23’ roeiers voor hun WK, en dan heb je nog mensen die omdat ze pas als student met roeien zijn begonnen en wat later tot bloei komen. Verder is er nog de flinke groep die bij universiteiten in de Verenigde Staten traint”, somt De Boorder op.

Korzeniowski
In de ogen van bondscoach De Boorder is het cruciaal om niet te veel in tussentijdse toernooien te denken, maar de continuïteit van de ontwikkeling centraal te stellen. Van beginnersniveau tot kandidatuur voor de olympische selectie.  “Je moet met elkaar goed kijken wat er nodig is om een individu beter te maken. Van mijn oude leermeester Kris Korzeniowski heb ik geleerd dat daarbij drie dingen cruciaal zijn. In de eerste plaats gaat het om plezier beleven aan je sport. Daarnaast is het enerzijds op een goede manier heel veel trainingsuren maken en anderzijds een competitie op te zoeken waarbij de roeiers aan elkaar gewaagd zijn.”

Anders dan bij het olympisch team, zal er niet voor een centrale aanpak bij één trainingscentrum worden gewerkt. “In Nederland hebben de roeiers een duale carrière, dat wil zeggen talenten zitten op school, studeren of werken en daarnaast wordt er door die mensen geroeid. Dit betekent dat ze niet altijd op de Bosbaan kunnen zijn, maar bij hun verenigingen moeten trainen. En dat gaat bij veel clubs prima. Ik ben onder de indruk van de ontwikkeling bij een aantal Nederlandse verenigingen. Roeiers trainen daar in hun eigen omgeving hartstikke goed en presteren prima op wedstrijden waarvan ze deelname zelf regelen. Daar moet je als bond niet tussendoor manoeuvreren met centrale trainingsweekeinden op de Bosbaan.”

Breed gedragen
De Boorder die af en aan al sinds de eeuwwisseling bij de KNRB in dienst is, maar ook bijvoorbeeld in Midden-Amerika, Indonesië en China actief was, wil dus nadrukkelijk met de verenigingscoaches in gesprek. Hij coachte zelf bij Skøll, Vidar, Theta en Nereus. “In het begin van het jaar ben ik daar gelijk mee begonnen, heb al een aantal mensen ontmoet en staan er nog veel meer gesprekken gepland. Ik wil graag luisteren naar iedereen. Eén van de vragen die ik heb, is hoe de mensen bij de clubs vinden hoe je bijvoorbeeld een equipe nog beter en ook leuker kan laten presteren. Dat weten zij beter dan de toevallige passanten die tot bondscoach zijn benoemd.”

De Boorder nodigt hiermee iedereen uit die hem wil spreken. “Mochten mensen graag wat met mij delen, en er is nog geen ontmoeting gepland, dan kunnen ze mij het beste een appje sturen. Zet mijn telefoonnummer gerust op NLroei, het is 06 83 65 40 53.  Ik spreek graag zoveel mogelijk verschillende personen. Eind van deze maand ga ik het plan van de bond presenteren, daar neem ik heel graag zoveel mogelijk opinies in mee. Dat wil ook laten terugkomen in een breed gedragen programma.”

.