Gijs Schwarz: ‘Het was als een show van Hans Klok’

Achtergrond Voorpagina Wedstrijden

Nederland eindigde vanwege de grote oranje vloot in het eindklassement van de Coupe de la Jeunesse weliswaar op een vijfde plaats, maar met slechts twee medailles in de ongestuurde meisjesvier en een ‘ophaalmedaille’ in de acht was de oogst in Polen schraal. Bondscoach Ronald Florijn kijkt echter tevreden terug.

De Leidenaar relativeert de mindere uitslagen aan de hand van de leeftijd van de deelnemers. Nederland stuurde vooral een omvangrijke groep 15/16-jarigen. “Engeland was dit jaar toonaangevend, maar de Britten hebben vooral 18-jarigen geselecteerd. Ben je net niet goed genoeg voor de WK-selectie, dan ga je naar de Coupe ongeacht je leeftijd. Bij ons gaat dat totaal anders”, vertelt hij vanuit Poznan.

Sfeer
De matige prestaties vindt de winnaar van olympisch goud met de Holland Acht uit ’96 dan ook eigenlijk niet relevant. “Ik heb bij de bijeenkomst met de ploeg en de ouders al gezegd dat medailles winnen lastig ging worden. Dat heeft iedereen volgens mij goed begrepen, want de sfeer in de groep was ook vandaag nog uitstekend.”

Britten
Florijn kraakt zelfs kritische noten over het beleid van winnaar Groot-Brittannië. “Leuk dat ze hier alles winnen, maar ik moet nog zien of ze bij de WK hoger eindigen dan wij.” Florijn wijst daarbij op de nu uitstekend presterende jongens acht voor de WK. “Een groot deel van de huidige bemanning komt uit de Coupe-equipe van vorig jaar. Je ziet dat dit werkt. Veel van de Britse roeiers zijn volgend jaar geen junior meer en daar heb je dan niets meer aan.”

20 seconden
Dat de jongens acht op de Coupe op zaterdag maar liefst 20 seconden achter de nummer één na laatst eindigde, doet hem dan ook niets. “Dat maakt mij helemaal niets uit, ze moeten alles zelf maar ervaren. De beste acht roeit hier 5:43, dat is WK-niveau. Ik weet in elk geval zeker dat de groep volgend jaar doorgaat en dat er dan een aantal van hen al goed presteert bij de WK.”

Holland Acht
Florijn durft zelfs nog een stapje verder te gaan. “Ik denk zelfs dat over drie jaar enkelen van hen al goed genoeg zijn voor de Holland Acht. Je ziet dat jongens als Maarten Hurkmans en Simon van Dorp dat niveau fysiek nu ook al halen.” Het zou zomaar op kunnen gaan voor de nog piepjonge talenten als Isabel van Opzeeland die nog minder dan een half jaar roeit en Iris Klok, die op haar 15e al drie medailles mee naar huis neemt.

Hans Klok
Toch had het grote verschil van zaterdag er bij de acht-jongens flink ingehakt. “Het was net een show van illusionist Hans Klok. Op het ene moment lagen we nog naast ze en op het andere moment waren ze verdwenen”, zo omschreef slagman Gijs Schwarz zijn ervaring van zaterdag. “Ik had heus niet gerekend op winst, maar dat we echt geen enkele aansluiting hadden, had ik niet verwacht.”

Focus
De ploeg liet zich er volgens Schwarz door overrompelen. Zondag presteerden ze beter. “Omdat we de uitkomst toen toch al wisten, hebben we ons toen meer op onszelf gefocust en hebben we er alles uit gehaald. Dan moet je tevreden zijn.” Het verschil met de nummer drie was nu gekrompen naar 14 seconden.

©NLroei, 1-8-2016