Vanaf woensdag gaan op de Willem Alexanderbaan ook de wereldkampioenschappen voor junioren van start. Nederland brengt acht boten aan de start, waarvan de skiffs van Karolien Florijn en Bram Schwarz de grootste kanshebbers zijn.
Meisjesskiff
Met de Europese titel al op zak geldt Karolien Florijn als favoriet voor de wereldtitel. De nationaal kampioen bij de senioren startte afgelopen seizoen ook al bij de wereldbeker in Poznan. Hoewel zij daar niet verder kwam dan een tweede plek in C-finale wist ze wél ervaren skiffeuses uit Australië en Oostenrijk voor te blijven.
Alicia Bohn lijkt haar meest geduchte tegenstander. Deze Duitse eindigde bij de EK een paar seconden achter Florijn als tweede en was bij de vorige WK in Rio de Janeiro de vierde in de finale. Andere A-finalisten van toen zijn in Rotterdam niet van de partij. Let verder ook op de Belgische Rachel Willaumez, zij eindigde bij de EK in Trakai als vierde.
Jongensskiff
Bram Schwarz kende een matige seizoenstart. Blessures hielden de wereldkampioen junioren in de acht lang aan de kant en bij de NK voor kleine nummers kon hij ondanks een sterke time-trial niet imponeren bij de senioren. Maar hoe verder het seizoen kwam, hoe beter de roeier van Het Spaarne zich ontwikkelde. Bij de Europese kampioenschappen behaalde hij het zilver en op de Bosbaan zette hij een uitstekende tijd van 7:00,60 neer.
Het zal moeten blijken of het voldoende is voor de wereldtitel. De laatste weken trainde Schwarz al samen met lichte skiffeur Bart Lukkes op de Willem Alexanderbaan om te wennen aan de lastige omstandigheden. Zijn vermoedelijk grootste concurrent is Armandas Kelmelis uit Litouwen. Hij was op zijn thuisbaan bij de EK net wat sneller dan Schwarz en mocht vanwege een blessure van iemand anders op het laatste moment naar Rio afreizen. Daar won hij de D-finale in de skiff.
Jongensacht
Het leek een onmogelijke opgave om na het goud van vorig jaar met een hele nieuwe lichting opnieuw een sterke acht te maken. Toch is Ronald Florijn met zijn ploegcoaches Marijn Algie en Ed Maan goed op weg. De ploeg met Gert-Jan van Doorn, Jorke Kooijenga, Obbe Tibben, Olav Molenaar, Pieter Kerpestein, Jan Douwe de Boer, Thomas van Olderen, Joris Moerman en stuurman Mees van Nierop behaalde bij de EK al verrassend zilver.
Of ze goed genoeg zijn voor een medaille valt nog te bezien. Naast de oppermachtige Duitsers treffen ze ook grootmachten Verenigde Staten en Groot-Brittannië. Laatstgenoemde ploeg deed niet mee aan de EK. In totaal liggen er twaalf boten aan de start.
Meisjesacht
Wat tot nu toe zo goed lukt bij de jongens, loopt bij de meisjes een stuk moeizamer. Vorig jaar eindigde de acht in Rio de Janeiro als laatste en bij afgelopen EK wist een vrijwel geheel nieuwe ploeg enkel Oekraïne voor te blijven. Bondscoach Florijn liet de roeisters daarop anders trainen en paste een coachwissel toe. Ook de bemanning werd enkele weken voor de WK nog herzien.
Celine den Bremer, Femke Paulis, Susan Temming, Willemijn van Olderen, Ilse Feenstra, Fenna Verberne, Mick Jonkers en stuurvrouw Jip Swildens bemannen nu de boot en zullen er alles aan (moeten) doen om de finale te halen. Het octet heeft acht tegenstanders.
Meisjesvier-zonder
Als schaduwboot legt Florijn ook een vier-zonder op het water. Officieel geldt deze boot niet als de mindere van de acht en met Anne Klok in de boot, die eerder nog slagvrouw van de acht was, hoeft dat ook zeker niet zo te zijn. Ook de sterke skiffeuse Femke van de Vliet zit in deze ploeg, die wordt gecompleteerd door de talenten Fieke Verhaaf en Naomi Visser.
Jongensdubbeltwee
In de schaduw van Schwarz en de Junioren Holland Acht zijn bij de jongens ook nog een dubbeltwee, een twee-zonder en een dubbelvier geformeerd. De dubbel wordt bemand door de relatief licht gebouwde Tristan Voskuilen van De Amstel en Ben van Brussel van Hemus. Bondscoach Ronald Florijn was eerder al enthousiast over de dubbel toen ze bij de ARB-wedstrijden naar een tijd van 6:36,78 roeide. Hij zag gezien hun ongelijkheid nog veel groeimogelijkheden.
Een aantal weken later oogt de ploeg in elk geval een stuk strakker. Of het genoeg is om een vuist te maken in een traditioneel sterk bezet veld, valt echter nog te bezien. Net als in veel andere juniorenvelden is Duitsland een van de grootste kanshebbers op goud. Ook Hongarije is sterk.
Jongensdubbelvier
Met maar liefst 25 boten is dit veld een van de grootste bij dit WK. Lodewijk Tilanus, Charles de Monchy, Willem Buist en Thomas Hogeboom kenden als ploeg vooralsnog geen ijzersterk seizoen. De Coupe-dubbelvier van Cornelis Tromp bleek zelfs een keer sneller. De ervaren Willem III-coach Paul Hartog heeft het kwartet inmiddels wat langer onder zijn hoede en zal ongetwijfeld progressie hebben geboekt.
Jongenstwee-zonder
Een opvallend verhaal is de deelname van de reserves voor de acht in de twee. Jan Nelis en Wiebe Veenstra zijn beiden half Duits / half Nederlands en wonen en roeien bij het Zwitserse Basel.
©NLroei, 21-8-2016