Het is inmiddels dag vijf voor roeicoach Josy Verdonkschot in zijn isolatie. Afgelopen zondag testte hij positief en werd hij naar het coronahotel in Tokyo gebracht. Daar zitten nog zes andere Nederlanders uit het olympisch team in quarantaine. Onder meer roeier Finn Florijn, een anoniem staflid, een kamprechter en sinds gisteren ook zijn assistent-coach Isabelle Jacobs verblijven daar.
Bij de pakken neerzitten doet Verdonkschot niet. ”Ik ben geen atleet. Dus ik kan het vrij makkelijk relativeren. Het is nogal een verschil als je hier komt voor het toernooi voor je leven en daar een streep door wordt gezet, als je het vergelijkt met mijn situatie”, zegt hij.
Steun NLroei, doe mee aan de crowdfunding, dat kan hier. Bedankt!
Maar leuk is anders. ”Ik kan niet zeggen dat ik sta te juichen om het menu, gebrek aan bewegingsvrijheid en frisse lucht. Maar ik kan nog gewoon bellen met alle meiden en zeggen: ‘hup’. Ik neem aan dat ze precies weten wat ze moeten doen. Ze zullen het vast vervelend vinden, maar er geen energie aan besteden is ons motto.”
Verdonkschot noemt het strenge Japanse regime verder ‘heel simpel’. ”Om zeven uur ‘s ochtends klinkt er een geluidssignaal. Dan moet ik mijn temperatuur, bloedwaarden en hartslag meten en doorgeven. Een uur later een nieuw geluidssignaal. Dan mogen we even de kamer uit om ontbijt te halen. Om twaalf uur lunch. Om vier uur opnieuw temperatuur meten. Zes uur ‘s avonds het diner ophalen. That’s it.”
Via zijn laptop heeft hij ‘zijn’ roeisters de afgelopen dagen alsnog kunnen volgen. ”De vierzonder voer woensdag een superrace. Jammer dat ze net tekortkwamen voor het goud. De dubbel deed het prima – keurig brons gegrepen. En de dubbelvier, die zijn uiteraard minder tevreden met het resultaat.” Over het brons van Marieke Keijser en Ilse Paulis klinkt Verdonkschot positief. ”Prachtige race, onverdiend einde. Maar ze hebben gevochten en laten zien wat ze waard zijn.”
De vrouwencoach praat vrij nuchter over zijn huidige situatie. ”Het heeft niet mijn voorkeur om een wedstrijd voor te bespreken via Zoom, maar wat is er eigenlijk mis mee? En als ik op de baan sta volg ik de races ook via een scherm, dan heb ik ook geen invloed meer. Het enige verschil is met wat er na de wedstrijd komt. Eventjes met elkaar blij of niet blij zijn, dat missen we nu.”
”Maar ik kan er niks aan doen. Dus besteed ik er geen energie aan. Dat is wat ik mijn sporters ook leer. Wat ik wel kan doen, doe ik. Alles wat toch niet lukt, doe ik niet. Het zou stom zijn als ik hier ga zitten kniezen.”