Na zestien jaar topsport stopt Lisa Scheenaard met roeien. “Ik hoop dat mijn volgende hoofdstuk net zo veel plezier oplevert als dit heeft gedaan.”
Lisa Scheenaard zit op het terras van het Bosbaan-restaurant met een zonnebruine kop. Niet in roeikleding, maar als coach. Ze begeleidde net twee jonge Thêta-roeiers uit het talententeam: Vera Sneijders en Noortje Wilms. Zelf zette ze onlangs een punt achter haar topsportcarrière, na deelname aan drie Olympische Spelen en een bronzen medaille te Tokyo in de dubbel met Roos de Jong.
De beslissing rijpte tijdens haar verblijf in Nieuw-Zeeland afgelopen winter. “Ik heb nu geen hoger doel meer, want de spelen in Los Angeles wil ik niet starten.” Europese en wereldkampioenschappen zijn waardevol om te leren, zegt ze, “maar vooral als voorbereiding op de Spelen. Zonder dat perspectief voelt het als investeren zonder doel.”
Ook haar leeftijd speelde een rol, op 5 september wordt ze 37 jaar. “Je weet dat je niveau de komende jaren niet ineens spectaculair zal stijgen. Dan wordt het topsportregime zwaar, zeker als je voornamelijk probeert vast te houden wat je hebt.” Ze besloot het toch nog één keer te proberen. Na drie maanden fietsen, hiken en meetrainen in Nieuw-Zeeland, viel ze even terug in het Nederlandse schema. “Maar ik wist eigenlijk al snel: dit is het niet meer.”
Strategie
Toch startte ze nog wel de skiffhead, die ze won. Een van haar favoriete races, juist vanwege de complexiteit. “Het vraagt zoveel meer dan alleen maar hard van A naar B gaan. In de skiff slim varen, strategisch bochten nemen en mensen passeren – dat vind ik leuk.”
Die liefde voor tactiek bracht haar zes jaar geleden naar de Billy Webb Challenge in Nieuw-Zeeland, een massastart over de Whanganui-rivier. Roeien tegen de stroom in, keren, en dan met sneltreinvaart terug. Ze begon een beetje achterop door chaos en naïviteit bij de start, maar wist meters te winnen door dicht langs de oever te varen en minder last te hebben van de stroming. Riskant, maar effectief. “Zo’n rivierrace zou ook echt iets toevoegen aan de spelen. Het had zó op de Seine gepast.”
Initiatief
Na een fanatieke jeugd vol atletiek startte Scheenaard met roeien bij studentenvereniging Thêta. Wat begon als eerst even toekijken, groeide snel uit tot iets serieus. Ze nam het initiatief om zelf een development-vier te suggereren aan haar coach met een slimme mix van karakters en kwaliteiten.
Toen ze onder-23 af was, sloot ze zich aan bij het nationale team via het studenten-WK in Kazan. Daar werd de skiff haar veilige haven. “Als ik niet werd geselecteerd, kon ik in de skiff altijd laten zien: ‘zie je wel, ik kan het wél.” Jaar na jaar groeide ze – iets wat ze met typisch Eindhovense precisie inzichtelijk maakt. “Tussen 2013 en 2019 werd ik meestal 0,8 procent sneller per jaar. Dat klinkt weinig, maar op de 2K scheelt dat flink wat seconden.”
Kwaliteiten
Scheenaard vond niet alleen magie in skiff, maar ook in de dubbeltwee – zo ook in de samenwerking met Martine Veldhuis op de laatste Olympische Spelen. “Je input is vijftig procent, maar hoe je samenwerkt maakt het verschil. Martine is een super goede slag, ik kon haar beter ondersteunen vanaf boeg. Het gaat niet om waar je zit, maar wie wat het beste kan en welke kwaliteiten ieder naar de boot brengt.”
Als coach probeert ze nu iets terug te geven dat ze zelf miste. Ze merkt dat jonge roeiers – zeker buiten grote steden – soms onzeker zijn. “Bij Thêta hadden we een Calimero-complex. Onzin natuurlijk: als je goed bent, dan ben je goed.”
Nieuw
Na haar afscheid bij de bond zoekt Lisa nieuwe vormen van sport en avontuur. Ze sport nog veel, coacht Sneijders en Wilms tot vier keer per week, repareert backpacks en bouwt haar eigen lichtgewicht uitrusting voor fiets- en bergtochten. “Mijn eigen tarp, bivakzak en rugzak – alles precies zoals ik het wil.”
De toekomst ligt open. Misschien wordt het outdoor-productontwerp, misschien een commerciële rol waarin ze – net als in de boot – mensen op de juiste plek weet te zetten. Of een opleiding tot berggids: “In de zomer groepen begeleiden in de bergen, in de winter sneeuwtochten, dat lijkt me geweldig.”
Vooruit
Wat haar typeerde als atleet? “Ik sta bekend om mijn harde kop”, zegt ze. “Ook onder stress en met tegenslagen bleef ik rustig. Of deed ik alsof, zodat mijn ploeggenoot daar iets aan had. Procesmatig evalueren en doorbouwen en je niet af laten leiden. Die mentale veerkracht in combinatie met skiffen heeft me veel gebracht.”
Het leerde haar ook doorzetten. “Ik werd in het begin niet geselecteerd omdat ik niet hard genoeg kon ergometeren. Dus moest ik mezelf bewijzen in de skiff.” Tegelijkertijd werkte ze hard aan haar fysiek. “Elk jaar werd ik een beetje sterker – op het water én op de ergometer. Langzaam begon het ergens op te lijken, en kreeg ik de kansen die ik zocht.”
Met diezelfde toewijding kijkt ze vooruit. “Ik hoop dat mijn volgende hoofdstuk net zo veel plezier en voldoening oplevert als dit heeft gedaan. En dat ik dingen blijf doen waar ik echt blij van word, waarmee ik iets kan toevoegen.”