“Ken je het gevoel dat je hebt als je van een trap afloopt en denkt dat er dan nog een trede is, maar die blijkt er niet te zijn? Nou, dat heb ik.” Dit zegt Maarten Diepeveen twee etmalen nadat hij zevendertig en een halve dag op de Atlantische oceaan heeft geroeid. Voor hem voelt het op het eiland van Antigua of het nog steeds deint. Hij is van origine de enige roeier aan boord van de winnende Oceaanploeg. “En dat is maar goed ook, ons team is heel divers, heeft ervaring met de oceaan, zeilen maar ook met extreme duursporten. Daar hebben we ons voordeel mee gedaan.” En hoe, het Nederlandse viertal won met 42 uur voorsprong de roeirace van de Canarische eilanden naar Antigua.
De ploeg is een initiatief van Mark Slats, de ervaren oceaanrot die al twee keer aan de roeitocht deelnam. Hij had ook wielrenner Leon Koning en zeiler Tom Rijnders geronseld. “Hoe de tocht ging? Nou, het was lang, en het was ver. We hadden ook nog eens tegenwind. Dit betekende dat we vaak met drie man tegelijk moesten roeien, anders kwamen we niet vooruit. Met als gevolg dat onze rustperiodes ook flink werden gekort. En dat is er ook minder tijd om te eten. Het gaat ongeveer zo: 2 uur roeien, 2 uur niet roeien. En daarin moet je ongeveer 20 minuten eten, en kun je 1,5 uur slapen want 10 minuten voor de volgende roeibeurt werd je weer wakker gemaakt. In de kajuit van onze bootje lag ook een matje, he voelde alsof je thuis op de bank zat. Normaal houd ik niet zo van stilzitten, maar nu genoot ik van elk rustmoment”, aldus Diepeveen.
Hard weg
Een record zat er niet in vanwege de tegenwind, maar de voorsprong van de NLploeg op nummer 2 was groot. “We hebben er ook heel hard voor getraind door vooral veel te roeien. Gemiddeld 2 uur per dag. En we hebben een tocht van een week langs de kust van Portugal gemaakt. Dat was heel nuttig om over ruig water alles te testen en op elkaar ingespeeld te raken. Onze wedstrijdstrategie was om zo hard mogelijk te vertrekken, dat pakte goed uit. Het liep bij ons heel goed, maar we hadden een moeilijk moment toen we hoorden dat we het parcoursrecord niet meer konden breken. Maar toen we vernamen dat onze tegenstanders hard inliepen, motiveerde ons dat flink. We hebben ons om de vier uur laten informeren. En we hadden afgesproken dat we 10 procent harder wilde roeien. Dat gaf een perfecte stok achter de deur. Uiteindelijk zijn we de winnaars met de meeste mijlen op onze naam. 2821 om precies te zijn. We moesten vanwege het weer soms een wat langere route nemen.”
Er waren begrijpelijkerwijs ook moeilijke momenten. “Je zit met vier mannen langer dan een maand met elkaar in een soort badkuip. En je moet roeien, je bent moe en het is zwaar. Logisch dat je dan af en toe chagrijnig wordt, en dat gebeurde ook. We wisten dat het kon gebeuren en hadden afgesproken dat we de ruimte moesten hebben dit af en toe te doen, maar dat de anderen het ook verder negeerden en lieten gaan. Slikken en weer verder. Dat werkte goed”, aldus de softwareontwikkelaar bij ASML.
Niet zeuren
En veel medelijden hadden de mannen niet met elkaar en ook niet met zichzelf. “We zamelen met onze toch geld in voor de kankerbestrijding en we zijn in het Wilhelmina kinderziekenhuis geweest en hebben kinderen met kanker gezien. En hun ouders. Dan moeten wij totaal niet zeuren. Er kan overigens nog geld bij, er is nooit genoeg voor dat onderzoek.”
De 29-jarige roeit in zijn huidige woonplaats Rotterdam bij De Maas. “ik houd van roeien, heb bij Aegir twee fantastische wedstrijdjaren gehad. We hebben nog veel contact met de ploeg van toen, ik heb ook altijd gezegd dat ik heel graag de oceaan roeiend wilde oversteken. Maar ik doe ook andere sporten, vooral over lange afstanden. Zo heb ik een dubbele Ironman gedaan vlak voordat ik bij Mark Slats ging solliciteren. Afijn, ik heb ervan genoten, er zat weleens een moeilijke dag tussen. Maar het fijne van een extreme duursport is dat je weet dat het daarna weer beter wordt, het zijn nooit twee slechte dagen achter elkaar. En als het slecht ging, verheugde ik mij op de sterrennacht. Dat was echt onbeschrijfelijk mooi.”
Overboord
De mannen zijn blij dat ze weer op de wal staan. “De intocht was echt geweldig, we hadden het er al twee weken over gehad hoe dat zou zijn, en toen we er eenmaal waren was het nog mooier dan gedacht. We werden na ruim 5000 kilometer onthaald door jachten die om het hardst toeterden en op de wal stonden honderden mensen. Het was geweldig. Ik had expres van tevoren een Aegirpakje bij Truesport gehaald om bij de finish aan te doen, die hing gewassen aan een lijn te drogen, maar belandde op het laatste moment in zee. We zijn er niet voor teruggeroeid. Gelukkig had ik nog een ander pakje. Of we de boot terug gaan roeien naar Nederland? Geen denken aan! We gaan hier aan strand liggen.”