Het gezegde ‘snelle meiden, snelle tijden’ gaat op voor Femke van de Vliet (Viking) en Ilse Feenstra (De Maas). In hun dubbeltwee roeide het koppel vandaag bij de NK 7:01. Volgens de site van roeifederatie FISA zou dat een verbetering zijn van het record geroeid bij wereldkampioenschappen voor junioren van 7:03.
Daarbij kan worden aangetekend dat het om twee jongelingen van elk ongeveer 59 kilo per stuk gaat. Voor zover nu valt na te gaan, is hun tijd in elk geval het Nederlandse dubbeltweejuniorenrecord. Op hun prestatie valt zeker wat af te dingen. Zo werden ze vandaag vanwege boeiverschillen door de organisatie in de snelste baan gelegd. Die baan had windvoordeel en mogelijk de stroom mee. Die omstandigheden zijn er natuurlijk vaker als er records worden geroeid.
Verdonkschot
De prestatie van de kersverse kampioenen in de dubbeltwee bleef niet onopgemerkt bij vrouwenhoofdcoach Josy Verdonkschot. “Het is een heel goede tijd van dit tweetal”, zei hij. In zijn goed gevulde databank (beter bijgehouden dan de FISAsite) staat een snellere tijd genoteerd bij de winnaars van de WKfinale in Zagreb (2000) 7:00. En een jaar eerder bij de beruchte WK van Plovdiv zal er ook sneller zijn geroeid, maar de toen gerealiseerde tijden worden door vrijwel niemand serieus genomen. Bij hun nationale wedstrijden voor junioren zullen buitenlandse dubbeltweeroeisters ook vast wel eens sneller zijn geweest.
Dubbelvier
Van de Vliet en Feenstra maakten vorig jaar al deel uit van de WKequipe. Dit jaar werden ze bij het skiff-NK respectievelijk tweede en derde achter het andere talent, Isabel van Opzeeland. Bij de EK roeiden zij in de dubbelvier, in dat nummer werden ze met Femke Paulis en Naomi Visser gisteren ook al kampioen. Bij de titelstrijd van vandaag nestelde het duo Josette Derksen en Anne Klok zich tussen de in dubbeltweeën opgesplitste dubbelvierbemanning.